Beethoven is de eerste componist geweest, die niet in dienst was van een broodheer. Mozart was dat wel. Pas op latere leeftijd wist Mozart zich als zelfstandig componist te vestigen. Mozart blijft m.i. een klassiek componist terwijl Beethoven de weg geplaveid heeft naar de romantiek. Zijn symfonieën getuigen daar al van omdat daar een vierde en/of vijfde deel aan is toegevoegd. Mozart kon rondkomen van zijn opera’s die in Wenen veel werden opgevoerd. Het was zeker geen vetpot, maar hij kon er redelijk van leven. Zijn theaterkostuums waren in die tijd zeer kostbaar en hadden een klein vermogen gekost.
Beethoven moest het voornamelijk hebben van zijn uitgevers die zijn muziek moesten uitgeven en verspreiden. Gezien zijn opvliegend karakter had hij nog wel eens last van onenigheid en hoogoplaaiende ruzies met zijn uitgever(s). Voor zijn doofheid, was Beethoven naast componist ook concert pianist. Feitelijk wist niemand wat men met deze vreemde snuiter aanmoest. Hij moet een fabuleus pianist geweest zijn maar zijn manier van spelen was te hard, te geagiteerd, kortom, het paste gewoonweg niet in de tijdsgeest die verfijnde manieren voorstond. Beethoven was veel meer een beer met schoenmaat 48 die door de porseleinkast rondstruinde.
Beethoven was geen man voor het theater in tegenstelling tot Mozart. Hij componeerde slechts 1 opera en dat kostte hem bloed zweet en tranen. Van de geestelijkheid moest hij ook niet veel hebben. Zijn Missa Solemnis is zo’n beetje het enige geestelijke werk van enige importantie. Hij was er gewoonweg de man niet naar om voor theater te schrijven. Uiteraard ging dat ten koste van zijn inkomsten.
Van zijn muziek begreep men nog minder. Hij ging met zijn composities veel verder dan de op dat moment populaire jongens als Haydn, Mozart en Salieri die veel meer schreven waar de intellectuele elite om vroeg en voorschreef. Beethoven had daar lak aan! Beethoven was een vurig bewonderaar van de franse revolutie. De staatkundige vernieuwing sprak hem enorm aan.
Zijn derde symfonie heeft hij opgedragen aan Napoleon. Later heeft hij daar spijt van gekregen zeker toen de Fransen Europa onder de voet liepen en Wenen werd ingenomen. Een van zijn grootste weldoeners was gedwongen om de stad te ontvluchten. Zijn piano sonate Les Adieux herinnert aan die droevige tijd. De uitbundige vreugde in het 3e deel is de terugkeer van zijn geliefde vriend en weldoener. Een sonate vol tegenstrijdigheden en contrasten van emoties. Beethoven was het grote voorbeeld voor Schubert. Deze laatste was een vurig bewonderaar van hem. Schubert was tevens de eerste romantische componist. Hij bewandelde het pad dat Beethoven voor hem had uitgehakt. Beethoven zelf heeft de stap naar de romantiek nooit volledig kunnen maken. Daarvoor was hij nog te zeer klassiek componist die zijn wortels ook bij de Weense klassieken behield. Maar hij zocht altijd de grenzen op. Zijn lach weergalmt als je het laatste deel van zijn vijfde hoort. De opluchting en de bevrijding dat hij er toch weer in is geslaagd een muzikale oplossing te vinden, hoor je er in terug en dat geldt voor veel van zijn composities.
In mijn ogen is Beethoven de grote vernieuwer geweest en de laatste grote klassiek componist. Hij wees de weg naar de vernieuwing. Toen hij stierf was die vernieuwing al een feit.